• Zaden oogsten



    Zadenbord Biotuin Tilburg
     

    Wat zijn zaden in de plantenwereld

    Zaden zijn het belangrijkste overlevingsorgaan bij zaadplanten. Zaden zijn plantaardige embryo's in kiemrust in het vroegste stadia van ontwikkeling, waarbij het beschermd wordt door ouderlijk weefsel. Er is dus sprake van een eerdere bevruchting. Dit in tegenstelling tot de mens waarbij zaad (spermatozoïden) slechts een half product en nodig is voor bevruchting samen met een eicel. 

     

    Elk plantenzaadje bevat dus al nieuw leven dat voedsel nodig heeft. Hoe langer je de zaden aan de plant laat af rijpen, hoe meer voedsel er word opgeslagen. Wanneer je zaden te vroeg oogst en dus niet rijp genoeg zijn bevatten de zaden weinig reserve voedsel bevatten. Deze halfrijpe zaden zijn embryo’s die nog geen zaadhuid bevatten. Wanneer je deze oogst zullen ze uitdrogen en doodgaan tijdens het bewaren. 

     

     Zaden die al langer geleden geoogst zijn hebben nog maar een kleine voedselvoorraad waardoor ze zich slapende houden. Dit wordt kiemrust genoemd. Deze oude zaden hebben meer tijd nodig om te ontkiemen. Het kiempercentage van zaden loopt per jaar achteruit. Per ras is de kiemkracht in jaren anders. 
     

    Kiemkracht

    Kiemkracht is het percentage zaden dat in totaal kiemt. Per ras is dit percentage anders en is van nature zo bepaald.  Zo zal bij Stevia het aantal zaden wat kiemt slechts 10% zijn. Bij andere zaden kan het percentage b.v 80% zijn. Wanneer er maar een laag aantal plantjes opkomen hoeft dit dus te betekenen dat het zaad slecht is. Het kiempercentage is ook afhankelijk van hoe oud de zaden in jaren zijn. Ook de zaai omstandigheden, lichtduur en temperatuur zijn hierbij van belang. 
     

    Kiemvermogen

    Dit is de levensduur van bewaarde zaden. Deze is sterk afhankelijk van de bewaaromstandigheden. Ook het kiemvermogen is per ras verschillen. Zaden van de lookfamilie hebben een kiemvermogen van 1 jaar terwijl bonenzaden een kiemvermogen hebben van 4-5 jaar.

     

    Vorm en kleur van zaden

    Zaden hebben allemaal een andere vorm, afhankelijk van het ras. De vorm kan maanvormig zijn, ronde bolletjes van groot naar klein, parapluutjes of langwerpig zijn. Koolzaden zien er allemaal hetzelfde uit het is dus belangrijk om deze goed uit elkaar te houden. De kleur van diverse zaden is ook verschillend en kan variëren van wit naar bruin of zwart. Kijk maar eens op de foto van het zadenbord hierboven.

     

    Van zaad tot zaad

    Wanneer zaden kiemen, groeien de wortels als eerste en altijd naar beneden ongeacht hoe het zaadje in de grond ligt.

    De stengel duwt het kiemplantje omhoog de grond uit. 
    Zodra het kiemplantje boven de grond komt ontvouwen de zaadlobben zich en worden groen de fotosynthese komt opgang en maakt glucose aan als voedsel. Wanneer hun taak is volbracht verschrompelen de zaadlobben en verschijnen de echte blaadjes. Niet bij alle planten komen de zaadlobben boven de grond uit maar blijven in de grond zitten. Dit zie o.a bij tuinbonen, pronkbonen, erwten en peulen. Hierbij komt de fotosynthetische pas later opgang wanneer de eerste blaadjes verschijnen. 

    De plant begint nu verder te groeien en maakt bloemen. Na bestuiving door wind, insecten of zelfbestuiving groeien de bloemen en vruchten verder uit. Afhankelijk van de plant maakt deze zaaddozen, vogelnestjes of een pluizenbol. Ook kunnen de zaden binnen in de vrucht uitgroeien, er zijn ook zaden die ontstaan wanneer je de bloem laat drogen.

    wanneer je de zaden op de juiste wijze droogt en bewaard kun je deze weer opnieuw uitzaaien. 
     

    Wilt u meer weten over Bestuiving en bevruchting:
    Kijk dan links in de paarse balk bij Ecologisch tuinieren – Levenscyclus van planten – Bestuiving en bevruchting.


    Wilt u meer weten over fotosynthese:

    Kijk dan links in de paarse balk bij Ecologisch tuinieren – Levenscyclus van planten – Fotosynthese.

     

     

     

  • Dichtgebonden courgette bloem


     

    Zaadteelt plannen

     

    Om zaden te oogsten zijn er diverse aandachtspunten waar je rekening mee moet  houden.

    Kruisbestuiving kan je tegengaan door isolatie in ruimte, in tijd of op fysieke wijze.

     

    Isolatieafstand

    Het begrip isolatieafstand kom je regelmatig tegen wanneer je je het over kruisbestuiving hebt. Maar wat bedoelt men hiermee. 
    Een isolatieafstand is de minimale afstand die wordt aangeraden om kruisbestuivende rassen van eenzelfde soort in hetzelfde bloeiseizoen van elkaar te scheiden om kruisbestuiving te voorkomen. De directe omgeving en de manier van bestuiving bijvoorbeeld via insecten of via windbestuiving is hierbij ook een belangrijke factor. 

    De meeste gewassen zijn in 2 categorieën ingedeeld. Planten met een relatief kleine isolatieafstand zoals zelfbestuivende soorten en planten met een grote isolatieafstand zoals kruisbestuivende soorten die voor bestuiving afhankelijk zijn van wind of insecten.


    Timing

    Houd rekening met je teeltplan. Planten die zaden moeten produceren blijven langer staan dan een normale periode  bij oogsten voor consumptie. Het makkelijkste is om maximaal één ras per soort op eenzelfde perceel te telen. Dus het ene jaar de ene soort pompoen en het volgende jaar de andere soort pompoen of sierkalabas. De olie-pompoenen kunnen ook niet tegelijk met courgettes. Of percelen met verschillende rassen moeten ver genoeg uit elkaar liggen om kruisbestuiving tussen rassen te voorkomen.


    Tijd

    Gespreide bloei toepassen. Zorg ervoor dat kruisbestuivende planten niet op hetzelfde moment in bloei komen. Zaai het eerste ras erg vroeg, zodat het al in bloei staat wanneer de plantjes van het andere ras nog jong zijn en dus pas in bloei komen wanneer het andere ras al uitgebloeid is zodat er geen kruisbestuiving kan plaats vinden. Dit is natuurlijk wel afhankelijk van de groeicyclus van het gewas tijdens het seizoen en gevoeligheid voor vorst. Je kunt wel twee of meerdere rassen van dezelfde soort zetten, mits ze niet op hetzelfde moment bloeien, dan is kruisbestuiving onmogelijk. 

     

    Ruimte

    Insecten en wind zorgen voor de bestuiving. Windbestuivers kunnen tot drie kilometer in de omtrek bestuiven en insectenbestuivers tot gemiddeld één kilometer in de omtrek. Hou rekening met deze afstanden. Planten die je volledig laat uitgroeien om zaden van te oogsten worden groter en nemen meer ruimte in. 

     

    Fysieke isolatie

    Plaats papieren zakjes, loonzakjes,  organza zakjes of pantykousjes over de bloeistengel of plaats een tunnel met fijnmazig gaas rond de plant(en) om kruisbestuiving te voorkomen.. Dit werkt enkel voor planten die door insecten bestoven worden.
    Kruisbestuiving kan je vermijden door met de hand te bestuiven en de bloemen daarna af te schermen voor natuurlijke bestuiving door insecten. (Zie bij pompoen en courgette). Label de met de hand bestoven vruchten zodat je later weet van welke vrucht je zaad kunt oogsten. 


    Minimaal aantal planten 

    Ook het minimaal aantal planten wat nodig is voor de moestuinteelt om tot een goede diversiteit in het gewas te behouden. Om inteeltdepressie te voorkomen. In de commerciële teelt liggen de aantallen hoger. 

     

    Soort Aantal planten Makkelijk Moeilijk
    Andijvie: 5   x
    Aubergine: 10 x  
    Bloemkool:  6   x
    Bonen stam of staak:   20 x  
    Broccoli: 6   x
    Chinese kool:   6   x
    Courgette: 6 x  
    Erwten: 20 x  
    Komkommer: 6 x  
    Mizuna: 6 x  
    Paprika: 6 x  
    Peper: 12 x  
    Pompoen: 6 x  
    Physalis 2 x  
    Radijs: 12 x  
    Rucola: 12 x  
    Sla: 6 x  
    Spinazie: 20 x  
    Tomaat: 6 x  
    Tuinbonen: 20 x  
    Wortel: 20   x
    Zoete mais: 40 x  

     

     

    Twee jarige gewassen Aantal planten Makkelijk Moeilijk
    Bieten: 6   x
    Boerenkool: 6   x
    Knolselderij: 12   x
    Selderij: 20 x  
    Sluitkool: 6   x
    Snijbiet: vanaf 2e jaar   20 x  
    Spruiten: 6   x

     

     

    Kruiden Aantal planten Makkelijk Moeilijk
    Basilicum: 10 x  
    Basilicum: 10 x  
    Bieslook 20 x  
    Champagneblad: 10 x  
    Dille: 6 x  
    Koriander: 10 x  
    Peterselie: 20   x
    Venkelblad: 3 x  
  • Zaaddoos Akelei

    Zaden oogsten

    Oogst altijd op een zonnige en droge dag. 
    Oogst alleen zaden van planten die sterk en gezond zijn en neem altijd zaden van meerdere planten of vruchten van de zelfde soort, zodat alle eigenschappen van het ras bewaard blijven en om op termijn inteelt te vermijden. 

    Niet elke plant leent zich ervoor om zaden van te oogsten maar dien je vegetatief te vermeerderen en niet elke plant maakt zaden.

    Oogst geen zaden van F1-hybriden want de nakomelingen zullen niet hetzelfde zijn als de oorspronkelijke plant. 
    Begin met eenjarige planten en planten waarvan zaden makkelijk te oogsten zijn. Bij eenjarige planten kun je in het zelfde jaar van zaaien zaden oogsten. 

     

    Zaaddoos Juffertje in het groen
     

    Waar zitten de zaden 

    Bloemenzaden

    Zaden vind je altijd op de plek waar eerst een bloem zat. Dat betekent dus dat de plant eerst gebloeid moeten hebben. Je laat de bloemen net zo lang staan tot de zaaddozen bruin zijn zoals bij papaver en juffertje in het groen of  tot de bloemen pluizenbollen krijgen zoals bij paardenbloemen. Reukerwten vormen peulen waar de zaden in zitten deze dien je aan de plant te laten drogen. Bij sommige bloemen zitten de zaden in de gedroogde bloem zoals bij Tagetes, goudsbloemen, en zinnia. Je kunt ook de bloemhoofdjes van kamille aan de plant laten drogen.  Zaden van Oost- Indische- kers kun je nog niet oogsten zolang  de zaden groen zijn. Wacht met oogsten tot nazomer/herfst. Je kunt dan de zwarte rijpe zaden makkelijk van de grond oprapen. De zaden daarna nog goed laten drogen omdat het echte zaadje binnenin het hoesje zit.


     

    Pluizenbol met slazaden

    Groentezaden 

    Sla, schorseneren, uien, prei, bieslook

    Laat de plant doorschieten en in bloei komen tot er een pluizenbol ontstaat. Elk pluisje zit vast aan een crèmekleurig of bruin zaadje. Oogst niet te vroeg want dan zijn de zaden niet rijp maar ook niet te laat want dan waaien ze weg.

     

     

     

     

     

    Bonen en peulvruchten

    Van deze soorten laat je aan de planten de bonen helemaal drogen tot de peulen dor, droog en strokleurig  zijn, dan pas kun je de boontjes binnenin oogsten. 

    Na het oogsten laat je de boontjes helemaal nadrogen. Vervolgens verpak je deze in een diepvrieszakje en schrijf hier de naam van het soort erop en de data. 

     

    Leg deze nu 24 uur in de vriezer. Hiermee voorkom je dat de e.v.t eitjes van de bonenkever uit gaan komen. Haal nu het zakje uit de vriezer en laat de bonen in het zakje ontdooien. Vervolgens de bonen nogmaals na laten drogen en daarna in een goed afgesloten pot op een donkere koele plaats bewaren. 

     

    Voor gebruik de bonen een nacht weken ik koud water. Daarna afgieten en met schoon water opzetten en koken. Daarna kun je de bonen verwerken voor de maaltijd. 

     

     

    Sla, schorseneren, uien, prei, bieslook

    Laat de plant doorschieten en in bloei komen tot er een pluizenbol ontstaat. Elk pluisje zit vast aan een crèmekleurig of bruin zaadje. Oogst niet te vroeg want dan zijn de zaden niet rijp maar ook niet te laat want dan waaien ze weg.


     


     

    Oliepompoen met naaktzadige zaden

    Tomaten, rode paprika, pepers, meloenen

    Hiervan oogt je de zaden wanneer de eetbare vrucht rijp is. De zaden zitten binnen in de vrucht.

     

    Pompoen, meloen, courgette, komkommers

    Bij pompoenen en meloenen zitten de zaden binnen in de rijpe vruchten die eetbaar zijn. Courgette en komkommers laat je eerst tot een groot formaat uitgroeien om rijpe zaden te vormen. De courgette en komkommer is daarna niet meer eetbaar. De planten dienen wel bevrucht te zijn en kunnen het beste handmatig bestoven worden om kruisbestuiving te voorkomen. (Zie bij gewas pompoen en courgette) 

     

     

    Zadennestje wortels 

    Tweejarige planten

    Wanneer je hier zaden van wilt oogsten dien je de groenten te laten staan tot ze het tweede jaar in bloei komen.

    Voorbeelden van kolen die kunnen overwinteren zijn: boerenkool, spruiten, groene, witte, rode kolen en savooiekool. Dit is wel afhankelijk van het soort en of deze tegen matige of strenge vorst kan. Het eerste jaar maakt de plant een eetbare kool zoals we die kennen. In het tweede jaar komt de kool in bloei. 

    Ook snijselderij is winterhard en komt het tweede jaar in bloei.

    Rijpe rode bieten, wortelen en knolselderij moet je voorzichtig uit de grond halen en vorstvrij bewaren en in het voorjaar weer uitplanten en in bloei laten komen. De bieten en wortelen zijn dan niet meer eetbaar.

     

     

    Het oogsten van zaden vergt tijd en geduld. De planten nemen ook langer ruimte in beslag. Tweejarige planten waar je zaden van wilt oogsten kunnen het teeltplan verstoren.
     

    Inteelt depressie

    Wanneer je zelf zaden oogst en jaar in en jaar uit van deze zaden planten kweekt dan kan de kwaliteit achteruit gaan. Ook kan de soort echtheid verbasteren. Om dit te voorkomen kun je het beste om de paar jaar nieuwe zaden kopen zodat je weer opnieuw begint met de oorspronkelijke soort.

     

     

     

     


     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

  •  

    Opschonen Zinia

    Zaden schonen

    Er zijn 3 verschillende methodes om zaden te schonen. De methode is afhankelijk van het zadensoort. Zaden oogsten is van sommige planten heel eenvoudig, bij andere zaden kan het zeer arbeidsintensief zijn. 

     

    Fermentatie van zaden

    Tomaten en komkommerzaden opschonen door middel van Fermentatie. De fermentatie zorgt ervoor dat het slijmlaagje oplost dat rond elk zaadje zit en kieming verhindert.

     

    Hoe ga je te werk 
    Gebruik alleen rijpe vruchten die niet beschadigd zijn. 
    Lepel de zaden met het sap uit de vruchten  Doe alles in een glazen pot en voeg water toe. Plak op elke pot een etiket en zet de naam van de vrucht erop. Wanneer je meerdere soorten van dezelfde vrucht gaat fermenteren zet er dan ook de soortnaam op zodat je de zaden uit elkaar kunt houden. Sluit de pot niet met een deksel af maar met een stukje insectengaas en zet dit vast met een elastiekje om de hals van de pot. 
    Zet de pot niet in de zon maar op een warme plek. Omdat de pot doorzichtig is, kan je het fermentatieproces goed volgen. 
    Er zal een witte laag schimmel op het oppervlak groeien. Roer het mengsel regelmatig om zodat de fermentatie gelijkmatig verloopt en de laag schimmel niet te dik wordt. Je kan het fermentatieproces activeren door een snufje suiker toevoegen en ongewenste schimmels tegen te gaan.
    Afhankelijk van bij welke temperatuur de pot staat (23-30 graden) kan de fermentatie al binnen 2 of 3 dagen klaar zijn.  Wacht je te lang, dan kunnen zaden gaan kiemen. Wanneer dit gebeurt moet je de zaden wegdoen en opnieuw beginnen.
    Wanneer het slijmlaagje wat om de zaden zit oplost en de zaden loskomen dan zullen de zaden naar de bodem zinken en is het fermentatieproces klaar.

    Giet het mengsel in een zeef en spoel het zaad schoon met water en dep voorzichtig droog met keukenpapier. Spreid de zaden uit op een bord en laat de zaden goed drogen. Droog de zaden niet op keukenpapier want daar blijven de zaden aan vastplakken. Wanneer de zaden droog zijn wrijf je ze met de hand los van elkaar.

     

    Spoelen met water

    Aubergines, pompoenen en courgettes, meloenen en watermeloenen opschonen met water.

    Spoelen met water om het overtollige vruchtvlees en slijmlaagje te verwijderen. 
     

    Hoe ga je te werk
    Verwijder de zaden uit de vrucht en spoel ze in een zeef onder een straal water. Als de zaden niet goed loskomen van het vruchtvlees, kan je ze 12 tot 24 uur laten weken in water zodat het vruchtvlees makkelijk loslaat. Daarna met schoon water spoelen en droogdeppen met keukenpapier.  Zet de pot of kom op een

    koele plaats zodat ze niet te warm staan anders kunnen de zaden gaan gisten en zijn de zaden niet meer bruikbaar. 
    Spreid de zaden uit op een bord en laat de zaden drogen. Droog de zaden niet op keukenpapier want daar blijven de zaden aan vastplakken. Wanneer de zaden droog zijn wrijf je ze met de hand los van elkaar.

     

    Drogen van zaden

    Grote zaden

    Bij grote zaden zoals bonen. Laat de bonen aan de plant af te rijpen en wacht met plukken tot de de peulen bruin en droog zijn.

    Haal dan pas de bonen uit de peulen en verwijder de misvormde en beschadigde exemplaren.

    Spreid de bonen uit op een bord en laat ze verder nadrogen.

    grote zaden kun je ook in een speciale voedseldroger laten drogen doe dit dan max. op 30 graden.

    Zaden van bonen en peulvruchten dien je eerst in een gripzakje of goed afsluitbare diepvries doos voor minimaal 48 uur in de diepvries te leggen. Dit omdat de zaden eitjes van de bonenkever en erwten peulen boorder kunnen bevatten. De eitjes ontwikkelen zich verder tot kevers die de boon vanbinnen uit opeten en daarna uit de boon kruipen. 
    Haal daarna het zakje uit de vriezer het zakje niet open maken maar laat de zaden in het zakje drogen. Daarna kun je de zaden opnieuw verpakken. Zie bij bewaren. 

     

    Kleine zaden 
    Van alle kleinere zaden die je hebt geoogst verwijder je eerst de e.v.t plantenresten en andere onregelmatigheden. 
    Dan begint het zeven. Begin met een grofmazige zeef en vang het zaad en de kleinere resten op in een bak of emmer. 
    Daarna neem je een fijnere zeef waar de kleine onregelmatigheden nog wel door kunnen maar de zaden niet. 
    Indien nodig neem je een nog fijnere zeef en herhaal je de procedure. 
    Giet nu de zaden in kleine hoeveelheden in een platte schaal en blaas buiten er zacht overheen. Blaas niet te hard want dan blaas je alle zaden weg.  Zo verwijderen we ook de laatste lichte deeltjes. 
    Daarna kun je bij kleine zaden nog met een pincet de allerkleinste onregelmatigheden eruit halen afhankelijk hoe goed het eindresultaat moet zijn. 

     

     

     

     

  • Bonenkever

    Zaden bewaren

    Wanneer je zaden zijn geoogst, gedroogd en geschoond kun je de zaden gaan verpakken om te bewaren.

    Hiervoor kun je enveloppen, loonzakjes, koffiefilters, papieren boterhamzakjes of gripzakjes gebruiken. Noteer altijd op de verpakking de naam van de zaden en e.v.t een afbeelding van de plant en de datum van oogsten erop. 

    Een van de belangrijkste aandachtspunten is om je zaden koel en droog te bewaren en zorg ervoor dat er geen vocht bij kan komen. Bewaar de zaden in een kelder, garage, schuur of zelfs in de koelkast waarmee je de levensduur van de zaden met een jaar kunt verlengen. De zakjes zaden kun je vervolgens per soort in een in een glazen pot of kunststof doos bewaren. Wanneer zaden niet op de juiste wijze wordt bewaard dan komen de zaden vroegtijdig uit hun kiemrust en zijn dan niet meer bruikbaar. 

    Wanneer je de zaden echt lang wilt bewaren dan kan dit ook in de vriezer. Verpak de zaden dan wel in de hoeveelheden die je per keer verwacht nodig te hebben. Wanneer je de zaden in een grotere hoeveelheid verpakt en je de zak of doos steeds moet open maken kan er vocht bij de zaden komen. 
     

    Bonenkever en Erwtenboorkever

    Bonen en peulvruchten zaden dien je eerst in een gripzakje of goed afsluitbare diepvriesdoos voor minimaal 48 uur in de diepvries te leggen. Dit omdat de zaden eitjes van de bonenkever en erwten peulen boorder kunnen bevatten en de eitjes zich verder kunnen ontwikkelen tot kevers die de boon vanbinnen uit opeten en daarna uit de boon kruipen. Haal daarna het zakje uit de vriezer laat het zakje dicht en de zaden drogen. Daarna kun je de zaden opnieuw verpakken zoals hierboven beschreven. 

     

    Groenten Kiemvermogen
    Ananaskers Big little Buddha 3 tot 5 jaar
    Andijvie 5 jaar
    Aubergine 4 tot 5 jaar
    Basilicum 3 jaar
    Bieten 4 tot 5 jaar
    Bonen 3 tot 5 jaar 
    Bosui 1 - 2 jaar
    Broccoli 4 - 5 jaar
    Courgette 3 tot 5 jaar
    Doperwten 3 tot 5 jaar
    Golden Pearl 3 - 5 jaar
    Knolselderij 5 jaar
    Kolen 4 - 5 jaar
    Komkommers 3 - 5 jaar
    Kousenband 3 jaar
    Mais - Suikermais 3 jaar
    Meloen 3 tot 5 jaar 
    Mizuna 4 tot 5 jaar
    Paprika 4 jaar
    Pastinaak 2 jaar
    Pepers 4 jaar 
    Pompoenen 3 tot 5 jaar
    Prei 2 -3 jaar
    Rabarber 3 jaar
    Radijs 3 tot 5 jaar
    Rucola 4 jaar
    Sla 3 jaar
    Snijbiet groene 4 tot 5 jaar
    Spinazie Vroeg Reuzenblad 4 tot 5 jaar
    Tomaten 3 tot 5 jaar
    Tuinbonen 6 jaar
    Witlof 5 jaar
    Wortelen 5 jaar

     

    Kruiden Kiemvermogen
    Anijs                                              2 jaar
    Arnica (Valkruid, Wolverei) 1 jaar 
    Bieslook 1 tot 2 jaar
    Champagneblad 4 jaar
    Chinese Bieslook  1 tot 2 jaar
    Citroenmelisse 3 jaar 
    Dille 3 jaar
    Hyssop 1 - 3 jaar
    Kamille 3 jaar 
    Koriander 2 jaar
    Lavas 1 tot 2 jaar
    Mosterdkers 3 jaar 
    Selderij (snijselderij) 5 jaar
    Peterselie 2 jaar
    Rozemarijn 3 jaar
    Salie  4 jaar
    Tijm 3 jaar
    Venkelblad 3-4 jaar

     

    Bloemen                                     Kiemvermogen
    Blauwe lupine 3 - 5 jaar
    Boekweit 3-4 jaar
    Goudsbloem 2 tot 3 jaar
    Koekoeksbloem - Dag 1 jaar
    Koekoeksbloem - Echte 5 jaar
    Phacelia 5 jaar
    Tagetes 2 tot 4 jaar 
    Viooltje 4 jaar
    Zonnebloemen 2 jaar
  • Zadenbank Spitsbergen
    foto: Wikipedia 
     

    Zadenbank Spitsbergen

    De wereldzadenbank is in 2008 in gebruik genomen en bevindt zich 120 meter diep in een berg op een hoogte van circa 130 meter boven zeeniveau op het eiland Svalbard bij Spitsbergen in Noorwegen. Hier worden zaden van zoveel mogelijk plantenrassen opgeslagen, waaronder zaden van veel voedselgewassen. Zaden in de opslagplaats kunnen gedurende honderden jaren worden bewaard. Voor sommige, waaronder een aantal belangrijke granen, kan dit zelfs enkele duizenden jaren zijn. 
     

    De zadenkluis is bedoeld om zoveel mogelijk zaden op te slaan voor het geval er zich een calamiteit voordoet. Zadenbanken vanuit in de hele wereld kunnen monsters van hun zaden gratis opslaan in de zadenkluis. Inmiddels zijn er ongeveer 1,5 miljoen verschillende zaadmonsters van landbouwgewassen opgeslagen.

     

    Waarom is er gekozen voor deze locatie:

    • Er is geen noemenswaardige tektonische activiteit.  
    • De locatie ligt ver weg van militaire conflictgebieden.
    • Er is een permafrost, wat helpt voor de bewaring.
    • De ligging 130 m boven het zeeniveau zorgt ervoor dat de locatie droog blijft, zodat de zaden ook veilig zijn als de zeespiegel door het smelten van de ijskappen stijgt.

     

    Een soortgelijk project voor het bewaren van zaden van wilde planten is het Millennium Seed Bank Project in Engeland. 

     

    Bron: Wikipedia